Mussenleven
Als er iets belangrijk is dan is het de groep. Ze "badderen" samen, zand of water..ze slapen samen. 's avonds trekken de vrijgezellen de agenda tevoorschijn in de klimop en tjilpen luid over de volgende dag. Welk kattenkwaad gaan ze uit gaan halen ? Hoe dapper hebben wij vandaag gedaan, hebben wij nog katten geplaagd ?  Vele ogen maken het natuurlijk ook een stuk veiliger. Maar ik heb gezien dat het ook fout af kan lopen met uitdagen. En schrille sjirp en dan is het stil. De buurkat komt als waar roofdier langs gelopen met.. jawel, een mus.
 
De mus is al beschreven, bij mijn zoektocht op het internet kom ik zo ontzettend veel tegen dat ik met niets nieuws op de proppen kom. Maar toch, ik kan het niet laten.. !

Begint het broedseizoen krijgen de heren de kriebels   en komen ze richting vrouwtjes met opgerichte staarten, afhangende vleugels al pikkend naar haar staart en onder luid getsjilp. Als mevrouw geen zin heeft dan dreigt ze en gaat gewoon ergens anders zitten. Het werkt aanstekelijk voor andere heren. Vindt een mannetje haar een ware Helen van Troje dan biedt hij een wit veertje aan bij het nest. Een maal het nestje aanvaard heeft Helen van Troje de broek aan. Ze blijven bij elkaar maar als Paris dood is is er zo vervanging. Ze hebben het van april tot augustus druk met legsels, 3 tot 4 stuks  met 4-5 eitjes. echter, 80 % leeft niet lang.

Het nageslacht van de mussen werd op sommige ogenblikken zo omvangrijk dat er gevaar bestond voor de graanoogst.
In de 18de eeuw werden op sommige plaatsen in Europa de boeren verplicht om een vastgesteld aantal mussenkoppen in te leveren om een plaag te voorkomen. Zo gek als in China werd het echter niet.

Men had niet graag mussen onder de dakpannen, want, in een huis waar de zwaluwen nestelden zou de welvaart toenemen, maar in een huis waar mussen hun nesten bouwden zou het niet goed gaan met de bewoner
Onze voorouders merkten ook de ongebreidelde geslachtsdrift op. Joost van den Vondel (1587-1679) schreef daarom afkeurend over de “hete en geile mussen” en vadertje Cats (Jacob Cats 1577-1660) vermeldde als oorzaak van hun korte leven het feit dat ze zonder onderbreking paarden. Nozeman vertelde ook over de hitsige mussen en verklaarde dat een vriend van hem gezien had dat een mussenmannetje zijn wijfje binnen het uur twintigmaal “bekende”.
Het eten van mussen stond dan ook alom bekend als een afdoend afrodisiacum, een pepmiddel om het liefdesleven te stimuleren.
Men drukte het als volgt uit:
---“Mussen helpen een verzwakt man te paard”
foto: Alie Schepel